Hoe mijn ouders vanuit Santpoort in het ziekenhuis in Haarlem-zuid terecht zijn gekomen is me een raadsel. Ik ben op de eerste autoloze zondag geboren: 1 oktober 1939.

December 1959 werd ik 'voor mijn nummer', 39.10.01.151, dienstplichtig soldaat bij de Koninklijke Luchtmacht. Wat ik toen nog niet wist, is dat de eerste 6 cijfers een zogenaamde mnemotechnische code vormen, i.c. je geboortedag in de volgens de internationale standaard afgesproken volgorde; 151 is volgnummer.

In een kantoortje van Avio Diepen op de voormalige vliegbasis Ypenburg werd mij het beheer toevertrouwd van de losbladige onderdelenboeken van de Hawker Hunter en de Thunderstreak, twee soorten straaljagers die aldaar in onderhoud waren.

Bij de eerste (Britse) soort, waarvan Fokker er in licentie meer dan 200 gebouwd heeft, moesten soms hele pagina's worden vervangen Maar vaak beperkte de 'update' zich letterlijk tot knip- en plakwerk van strookjes papier waarop een alfanumerieke code (van wisselende lengte) en omschrijving van een onderdeel stond dat een verouderd onderdeel kon vervangen. Technische inspecteurs van de luchtmacht raadpleegden 'mijn' boeken ter controle op het onderhoud van Avio Diepen.

De losbladige boeken van de Thunderstreak uit de USA waren minder bewerkelijk: de hele inhoud werd simpelweg vermieuwd. De codes zijn tot op heden geen ratjetoe van cijfers en letters, maar hebben een vaste lengte: het NATO Stock Number, een 13-cijferige code, die alle gestandaardiseerde onderdelen identificeert van de NATO (Wikipedia).

Zo leerde ik al voor mijn studie dat een classificatie op verschillende manieren met coderingen kan omgaan.